De maaiveld mythe

U kent ze wel, die mensen die regelmatig klagen dat ‘als je hier je kop boven het maaiveld uitsteekt, het er onmiddellijk afgemaaid wordt”.
Als ik  naga welke mensen ik dat in de loop van de tijd heb horen roepen, dan valt het me op dat die mensen een aantal dingen met elkaar gemeen hebben.
Dat is niet in de eerste plaats dat ze verongelijkt zijn.
Naar mijn schatting is minstens 70% van de Nederlandse bevolking verongelijkt.
Dat tevens 70% van die zelfde bevolking zegt gelukkig te zijn lijkt vreemd, maar is niet onmogelijk.
Dat kunnen die 30% niet-verongelijkten zijn en 40% uit die groep van verongelijkten die genieten van onbegrepen zijn. Even rekenen 40% van 70% dat geeft 28% Nederlnders met een enigszins masochistische inslag.
Maar tilt u hier niet te zwaar aan. Die geluksscore berust op onderzoek en die verongelijktheidscijfers zijn maar een inschatting van mij.

Wat wél opvallend is, is dat die maaiveldklagers nooit behoren tot de bevolkingslaag  onder het maaiveld. En dat het veelal ondernemers zijn en dat ze zelden tot het meest linkse volksdeel behoren. Dat ze de meeste overheidsbemoeienis zien als een domme zo niet vijandige actie tegen mensen zolas zij, waar de maatschappij het van moet hebben.
En dat ze nooit met concrete voorbeelden komen waneer en waar er dan koppen gerold hebben.

Het bleek ook weer eens op de Dag van de Nationale Dialoog die op 25 juni in Den Haag werd gehouden naar aaneliding van de uitkomsten van het bevolkingsonderzoek 21minuten 2009.
Daar kwam de volgende deeluitkomst ter sprake:

Daarop werd terecht uit de zaal op gereageerd met de observatie dat respect voor gezag en informele omgang elkaar niet in de weg hoeven te zitten. Wat door de spreker van het onderzoeksbureau toegegeven werd.

Het verslag van 21minuten concludeerde op basis van deze uitkomst:
“De Nederlander wenst een egalitaire samenleving: bescheiden, solidair en gezagsgetrouw”.

Later werd daar in een door Felix Rottenberg geleide paneldiscussie nog een een schepje bovenop gegooid en ja hoor het maaiveld kwam weer eens ter sprake.

Toen Sir Isaac Newton geprezen werd voor zijn schitterende bijdrage aan de wetenschap, was zijn bescheiden antwoord: “Ik stond op de schouders van reuzen”.
Mij dunkt dat je – als je op de schouders van reuzen staat – een flink end boven het maaiveld uit steekt.
Maar dat het antwoord van Newton aantoont, dat dit voor een werkelijk grote geest geen beletsel voor bescheidenheid hoeft te vormen.

Later in een groepsdiscussie kwam de eerst veronderstelde tegenstelling respect voor gezag versus informeel ook nog eens ter sprake. Daar werd naar aanleiding van een vermeende generatie tegenstelling beweert dat er in jeugdbendes intern juist enorm veel respect bestond.
Waaruit maar blijkt dat respect snel wordt verward met discipline, en gezag met autoritair gedrag.
Maar ja, dat kon ik mijn mede-activisten in de Provo tijd al niet uitleggen, dat er niets mis is met gezag, zolang dit op kundigheid berust.

We miscommuniceren verder, mensen.

Advertentie

Tags: , ,

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.


%d bloggers liken dit: