Archive for juli, 2009

Vieren wij de democratie!

woensdag 29 juli, 2009

Het onderstaande concept van een lobby heb ik geplaatst op de website www.denationaledialoog.nl

Als je dit idee wilt ondersteunen ga dan naar die site, wordt deelnemer aan de dialoog (sowieso een goed idee) ga naar lobby’s, klik daar op alle lobby’s  en stem daar (o.a. op mijn idee natuurlijk).

Aan: De leden van de Tweede Kamer der Staten Generaal
De Nationale Dialoog, 29 juli 2009
Betreft: Het vieren van de democratie
Geachte leden van de Tweede Kamer

Ik richt mijn voorstel in eerste instantie op u om drie redenen:
Ten eerste om dat u behalve als burger ook door uw functie als volksvertegenwoordiger er naar zult verlangen om een fractie van het hele volk en niet van 80% van het volk te vertegenwoordigen.
In de tweede plaats omdat u mij beter dan wie ook zult kunnen adviseren waar ik mijn idee het beste kan insteken.
En tenslotte omdat ik er niet aan twijfel dat ik bij u zeker 50 adhesiebetuigingen voor mijn idee op denationaledialoog.nl zal kunnen oogsten.

In een zin waar het om gaat:
Ik wil bewerkstelligen dat op de dag van de Tweede Kamer verkiezingen het bestaan van een goed functionerende democratie in ons land gevierd wordt door allen die door hun stem uit te brengen die democratie handen en voeten geven.

De achtergrond
Over het algemeen staan we er niet bij stil hoe heerlijk het is om onbelemmerd te kunnen ademen.

Je beseft pas de waarde van vrij toegankelijke zuivere lucht in een situatie waar die niet voorhanden is. Als je je in een brandend huis bevindt, te lang onder water bent geweest, of als je longen aangetast zijn.

Helaas kan je dit tot op zekere hoogte ook zeggen over democratie. Bij de laatste tweede kamer verkiezingen in dit land, vond 20% van de Nederlanders het niet de moeite waard om naar het stembureau te wandelen en daar een stem uit te brengen. In Rotterdam liet zelfs 30% het afweten.
En dit terwijl een democratische regering helemaal niet zo’n vanzelfsprekend verschijnsel is.

Het weekblad The Economist maakt van tijd tot tijd de balans op, hoe het in de meeste landen met de democratie gesteld is.
Er worden 167 landen onderzocht en zij krijgen een rapport cijfer van 1 tot 10 dat gebaseerd is op een score op vijf deelgebieden:

1. Verkiezingsproces en meerpartijenstelsel
2. Functioneren overheid
3. Politieke participatie
4. Politieke cultuur
5. Burgerrechten

Bij een score van 8 tot 10 wordt een bewind democratisch genoemd, bij een score van 6 tot 7.9 wordt gesproken van een democratie met gebreken, scores van 4 tot 5.9 worden als tussenvorm beschouwd en onder de 4 heb je met dictaturen te maken.

Hieronder de resultaten van de laatste twee metingen

Soort regering in 2008 tussen haakjes 2006

Wereld bevolking slaat hier op de bevolking van de 167 onderzochte landen. Omdat alleen micro staatjes niet opgenomen zijn komt dit praktisch overeen met de gehele wereldbevolking in het betreffende jaar.
Bron: The Economist

Gedetailleerde in houd een een uitgebreide verantwoording hoe de score tot stand is gekomen is te vinden in de volgende (Engelstalige) documenten :
http://graphics.eiu.com/PDF/Democracy Index 2008.pdf
http://www.economist.com/media/pdf/Democracy_Index_2007_v3.pdf

Voor wie daar nieuwsgierig naar is, Nederland zakte van een derde plaats in 2006 met een 9.66 naar een vierde plaats in 2008 met 9.53.
Maar, dat is het mooie van een democratie, dat kunnen wij zelf zo weer herstellen.

Maar het eerste waar we dan aan moeten denken is dat de volksvertegenwoordiging ook een volksvertegenwoordiging is en niet een vertegenwoordiging van 80% of 70% van de stemgerechtigden.

Probleem en oplossing

Stemplicht of opkomstplicht kennen we niet meer in Nederland. Stemmen is vrijwillig. Dus wie niet stemt, zal in de meeste gevallen niet gemotiveerd zijn.
(We laten even buiten beschouwing de mensen die fysiek belemmerd waren zelf te stemmen en niet per volmacht konden stemmen, mensen die het vergeten waren dat er verkiezingen waren, of psychisch niet helemaal meer bij de wereld betrokken zijn).
Hoe kan het dat mensen een zo zeldzaam en kostbaar goed als een goed functionerende democratie niet belangrijk vinden?
Daar lijken maar drie mogelijkheden voor te bedenken:

* Zij beseffende de waarde van democratie niet
* Ze geloven niet in onze democratie
* Ze voelen zich niet betrokken bij maatschappij

We kennen allemaal de dooddoeners over Den Haag, de polletiek, dat stelletje zakkenvullers, en het pluche.
Nu is het eenvoudig mensen die dit zeggen dom te noemen, het is vruchtbaarder om dat veel betere verstand van ons dan eens te gebruiken om die afzijdigen ervan te overtuigen dat een democratisch systeem alleen maar werkt als het goed en volledig gebruikt en onderhouden wordt, en dat wil zeggen, dat we het met z’n allen onderhouden.

Stemmen is daar één onderdeel van, en met stemrecht alleen heb je nog geen goed functionerende democratie, maar stemmen is wel de meest duidelijke en concrete manier waarop iedere stemgerechtigde burger rechtstreeks een middel in handen krijgt om deel te nemen aan de vormgeving van de toekomst van de mensen die in dit land wonen.
Het is daarom een geschikt aangrijpingspunt om die mensen die aan de kant blijven staan omdat ze zich onmachtig of buitengesloten voelen, en wellicht ook buitengesloten zijn een hand toe te reiken en te zeggen “Kom op, doe met ons mee, je hoort er bij. Jouw stem telt mee.

De invulling
Op de dag dat wij de democratie vieren moet er een zo breed aanbod van evenementen zijn, dat er voor iedere smaak wel iets aantrekkelijks bij is.
Al die evenementen zijn gratis toegankelijk, voor iedereen die gestemd heeft en als zodanig herkenbaar is, bijvoorbeeld aan een polsbandje.
De evenementen moeten ook fysiek toegankelijk zijn, en daarom is het openbaar vervoer gratis die dag en zorgen vrijwilligers eer voor dat ook minder mobiele personen mee kunnen doen.
Bij de programmering kunnen we denken aan uitvoeringen, lezingen, sportdemonstraties, maar ook aan de openstelling van musea, bibliotheken, sterrenwachten, bijzondere gebouwen of tuinen.
Degenen die dat jaar voor het eerst stemmen zouden daarbij bijzondere aandacht kunnen krijgen, bijvoorbeeld door hen bij de programmering te betrekken, of voor hen erebaantjes te reserveren zoals bijvoorbeeld roadie te zijn bij een band of minder mobiele mensen te mogen bijstaan.
Van de uitvoerenden verwachten wij dat ze om niet optreden.
De overige kosten delen we graag samen. Het is tenslotte ons feestje waarop wij onszelf graag feliciteren met een sigaar uit eigen doos.

Dank u wel voor uw aandacht.

Advertentie

Het normen-waarden conflict, wat er aan te doen?

vrijdag 17 juli, 2009

In een stabiele samenleving zijn de heersende normen gebaseerd op het waardenpatroon van de overgrote meerderheid van de bevolking.
Wanneer een minderheid van de bevolking een afwijkend waardenpatroon heeft, kan het zijn dat zij desondanks de geldende norm eerbiedigen, bijvoorbeeld om sancties te voorkomen, of zij houden zich niet aan de norm.
Dat laatste komt al sinds mensenheugenis voor in de vorm van crimineel gedrag.

Het conflict tussen de samenleving en die afwijkende minderheid brengt de stabiliteit van de samenleving niet in gevaar, zolang de omvang van die minderheid en de omvang van hun afwijkingen maar binnen de perken is te houden.
Neemt de criminaliteit in werkelijkheid of zelfs alleen maar in beleving toe, dan ontstaat onrust.
Gevaar van instabiliteit dreigt echter wanneer mensen het afwijkende gedrag exclusief gaan toeschrijven aan de aanwezigheid van een bepaalde bevolkingsgroep.
Zeker wanneer zo’n ‘volksgevoel’ geëxploiteerd gaat worden door een op politieke macht of media-omzet gerichte organisatie.

Of de criminaliteit in Nederland inderdaad toeneemt  is al zo’n jaar of veertig een onbesliste discussie. De criminoloog W.H. Nagel – als schrijver bekend als J.B. Charles – placht op de vraag of de criminaliteit toenam, te antwoorden: “Dat hangt er van af  welk ochtendblad u leest”. Dat was leuk, maar geen echt antwoord. Hooguit een aanwijzing dat veiligheidsbeleving voor sommige mensen belangrijker kan zijn dan actuele veiligheid.
Tegenwoordig zou je ook kunnen zeggen: Dat hangt er van af welk onderzoek u gelezen heeft en hoe u dit interpreteert.
Toevalligerwijs werd in juni 2009 in dezelfde week bekend dat de criminaliteit niet of nauwelijks gestegen was, en dat meer dan 40% van een bepaalde groep jongeren in contact met de politie was geweest.
Stel dat dat laatste zou betekenen dat ze ook aan iets ernstigs schuldig zouden zijn geweest, dan zou je uit de combinatie van die twee kunnen afleiden dat er in de criminaliteit marktverschuivingen plaats vinden. En dat zoals Raoul Heertje grapte ‘onze eigen criminelen hierdoor werkloos thuis zitten’.

Hoe het ook zij, ernstiger dan een eventuele toename van ongewenst gedrag is de toenemende tendens om

  1. deze geheel op rekening van één bepaalde bevolkingsgroep te schuiven
  2. vervolgens deze gehele bevolkingsgroep dit gedrag toe te dichten en
  3. dit weer te versimpelen tot het zwartmaken van een eigenschap zoals religie of ras van die groep.

En dit is wat er in Nederland onmiskenbaar gaande is.

Wat daarbij opmerkelijk is  is dat de huidige splijting meervoudig is.
Behalve de primaire zondebokken is nu ook de groep die niet mee wil doen aan de verkettering zelf doelwit geworden.
Op basis van de peiling van de Politieke Barometer van 2 juli 2009 geef ik in de onderstaande grafiek de verdeling van het politieke discussie in  Nederland weer.
Waarbij ik de discussie partners verdeel in 4 groepen:

De zondebokken

  • overwegend de ± 10% niet-westerse allochtonen

De splijters

  • de aanhang van de PVV volgens die peiling

De binders

  • de huidige aanhang van de meest uitgesproken tegenstanders van de vorige groep, te weten PvdA, D66 en GroenLinks

De twijfelaars

  • De aanhang van de overige partijen die zich naar mijn smaak nog niet ondubbelzinnig hebben uitgesproken

De percentages die n de grafiek genoemd worden zijn alle 10% lager dan de uitkomsten van de barometer. Omdat ik de zondebokken op eigen demografische sterkte in de grafiek heb willen zetten. De onderlinge verhouding tussen de politieke groeperingen zijn wel correct weergegeven.

De vuurverdeling in dit circus is nu alsvolgt:
De splijters halen primair uit naar de zondebokken, maar hebben ook geen goed woord over voor de binders (als er oud-strijders uit de koude oorlog in hun gelederen zouden zitten, zouden ze de binders weg-met-onsers genoemd hebben), en ze beschuldigen de twijfelaars van lafheid.
De binders richten zich voornamelijk op de splijters en noemen die discriminatoir zo niet racistisch. Ze gaan voorzichtig om met de twijfelaars, want wie weet kunnen ze die aan boord krijgen.
De twijfelaars denken aan hun kiezers en houden zich op de vlakte bezig met enerzijds/anderzijds redeneringen waaraan meestal de slotsom ontbreekt.

Het huidige kabinet had bij zijn aantreden ook een zinspreuk: Samen werken, samen leven.
Samen leven is niet zo’n heel verrassend uitgangspunt voor een samen-leving en samen werken eigenlijk ook niet als je bedenkt dat de zinspreuk van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden luidde:
Concordia res parvae crescunt, discordia maximae dilabuntur (Eendracht maakt macht, tweedracht breekt kracht).
In een ideale samenleving zou je dan ook geen zondebokkenfokkerij verwachten. Maar mocht die in een op-een-na-ideale maatschappij onverhoopt toch voorkomen, dan zou je verwachten dat de genen die geen splijter en geen zondebok waren zich allemaal als binders zouden gedragen.
En omdat dit nu niet het geval is, en we niet nog eens in heksenjacht- of beeldenstorm situaties terecht willen komen, doet de volgende vraag zich levensgroot voor:

Wat doen we hier aan?

Toen de psychiater van Dantzig gevraagd hoe vaak hij er in slaagde de problemen van zijn patiënten op te lossen, zei hij -als ik me goed herinner- dat hij als therapeut al heel tevreden was, als mensen die met een irreëel probleem bij hem kwamen, weg gingen met het besef wat hun echte probleem was.

Laten we eens kijken of die benadering hier ook werkt.
Een reëel probleem is dat niet iedereen in Nederland zich gedraagt volgens de normen en waarden waar we hier traditioneel van uitgaan.
Maar omdat de woorden normen en waarden over het algemeen vrij gedachteloos worden gebruikt zijn er nieuwe -naar mijn idee irreële- problemen bij gekomen, zoals de gedachte dat je dat kan oplossen door iets aan de normen kant te doen. Zoals bijvoorbeeld gedogen (geen softdrugs probleem meer) of strengere straffen (van minimumstraffen tot knieschoten en deportatie) en striktere controle op naleving van geboden en verboden (dan binden ze wel in).

Als we zoals in de eerste zin van dit stuk er van uitgaan dat onze normen gebaseerd zijn op het traditionele waardenpatroon van de meerderheid van onze bevolking, dan is het begrijpelijk dat normoverschrijding c.q. abnormaal gedrag te verwachten is van mensen die ‘onze waarden’ niet erkennen, of ze in elk geval niet van ganser harte in hun gedrag tot uitdrukking brengen.
Nu spreken we wel zo gemakkelijk over onze (normen &) waarden, maar welke waarden zijn dat eigenlijk?
Gek genoeg is daar nauwelijks discussie over. En van welke filosofie, ideologie of religie je ook uit gaat, het grootste deel van de zedelijke voorschriften gaat over de vraag hoe je dient om te gaan met ‘de ander’.
En even simpel samengevat is het antwoord op die vraag: “Netjes”.
JE HOORT NETJES MET DE ANDER OM TE GAAN.
IK kan dat op allerlei manier veel deftiger zeggen, maar hier komt het gewoon op neer.

Nu zijn er mensen bij wie dit absoluut niet wil lukken. Bijvoorbeeld bij mensen met een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Die hebben zoiets van “Hoezo ik heb toch niets met die ander te maken?” en die zijn geneigd tot ernstig crimineel gedrag.
De overgrote meerderheid meerderheid van de mensen zullen het in het algemeen wel eens zijn met de stelling dat je netjes met de ander om moet gaan, maar zullen daar wel een paar voorwaarden aan willen verbinden, omdat zoals het zo treffend verwoord is in onze taal, het hemd nu eenmaal nader is dan de rok.

Als het allemaal te meten was, zou een sociaal gedrag grafiek van de bevolking er waarschijnlijk ongeveer zo uitzien:

De druppelvorm geeft het aantal mensen aan per percentage ‘sociaalheid’. Links de 100% sociale mensen, rechts de absolute monsters.
In mijn inschatting van de vorm van die grafiek zit er vlak bij de honderd procent niets, omdat wij zo ver ik weet in Nederland geen Moeder Teresa’s in huis hebben.
Wat er aan de andere kant van de schaal zit weet ik niet precies omdat ik weinig contact met die kringen heb.
Maar het is wel duidelijk dat we collectief ergens aan de rechterkant van de grafiek een verticale streep zetten, en dat we alles rechts daarvan crimineel noemen.
Meer naar links, maar nog steeds rechts van het midden zullen de mensen ieder voor zich een streep zetten die de scheidslijn vormt tussen voor hen acceptabel- en voor hen niet acceptabel gedrag.
De groep tussen de eerstgenoemde en de laatstgenoemde lijn is een interessante groep. Dat zijn dus de mensen die niet crimineel zijn, maar zich in onze ogen toch niet prettig gedragen.

Als we die groep nou eens kleiner konden maken, dan zou die zondebokkenfokkerij vast niet meer zo’n aanhang kunnen verwerven als momenteel het geval is.

Om daarin op enig succes te kunnen hopen, moet je opnieuw nadenken over de vraag waarom mensen zich  niet volgens onze waarden gedragen.
Nu wil ik met nadruk zeggen, dat ik daar niet het volledige antwoord op weet, maar ik wil wel volhouden dat ik een deel daarvan wel weet:

Als er van je verwacht wordt dat je netjes met de ander omgaat, dan moet wat je in de praktijk meemaakt ook enigszins aanvaardbaar maken dat dit inderdaad het dragend beginsel van onze samenleving is.
Maar stel nu dat jij het gevoel hebt, dat JIJ die ANDER bent, omdat je doorlopend ANDERs behandeld wordt, en dat dat vaak op een manier is die eigenlijk niet NETJES is. Dan wordt het al een stuk lastiger om de norm als jouw norm te zien.
En dan zullen dit soort mallotige overheidsacties dan ook geen enkel effect hebben.

gijzult

Wat heeft dan wel effect?
Zorgen dat mensen wel in dat normenpatroon van ons kunnen geloven.
En dat kan alleen als we geen mensen uitsluiten.
Zolang we dat wel doen, moeten we maar eens wat voorzichtiger met het woord integratie omgaan.
Tenslotte heeft zelfs in de vorige eeuw en die daarvoor niemand de brutaliteit gehad om de verantwoordelijkheid voor de erbarmelijke situatie van het proletariaat neer te leggen bij die stomme arbeiders die zich maar niet schoolden, in krotten bleven wonen, stom slechtbetaald werk bleven doen en maar weigerden te integreren in de bourgeoisie.

OK. Dat was wat er moet gebeuren. Nu de vraag hoe.
Hopelijk kom ik binnenkort met meer over het project wat ik aan het bedenken ben in www. denationaledialoog.nl
Het zal nanotechnologie op het sociale vlak zijn uiteraard, want ik ben maar één van die zandkorrels.

De maaiveld mythe

vrijdag 3 juli, 2009

U kent ze wel, die mensen die regelmatig klagen dat ‘als je hier je kop boven het maaiveld uitsteekt, het er onmiddellijk afgemaaid wordt”.
Als ik  naga welke mensen ik dat in de loop van de tijd heb horen roepen, dan valt het me op dat die mensen een aantal dingen met elkaar gemeen hebben.
Dat is niet in de eerste plaats dat ze verongelijkt zijn.
Naar mijn schatting is minstens 70% van de Nederlandse bevolking verongelijkt.
Dat tevens 70% van die zelfde bevolking zegt gelukkig te zijn lijkt vreemd, maar is niet onmogelijk.
Dat kunnen die 30% niet-verongelijkten zijn en 40% uit die groep van verongelijkten die genieten van onbegrepen zijn. Even rekenen 40% van 70% dat geeft 28% Nederlnders met een enigszins masochistische inslag.
Maar tilt u hier niet te zwaar aan. Die geluksscore berust op onderzoek en die verongelijktheidscijfers zijn maar een inschatting van mij.

Wat wél opvallend is, is dat die maaiveldklagers nooit behoren tot de bevolkingslaag  onder het maaiveld. En dat het veelal ondernemers zijn en dat ze zelden tot het meest linkse volksdeel behoren. Dat ze de meeste overheidsbemoeienis zien als een domme zo niet vijandige actie tegen mensen zolas zij, waar de maatschappij het van moet hebben.
En dat ze nooit met concrete voorbeelden komen waneer en waar er dan koppen gerold hebben.

Het bleek ook weer eens op de Dag van de Nationale Dialoog die op 25 juni in Den Haag werd gehouden naar aaneliding van de uitkomsten van het bevolkingsonderzoek 21minuten 2009.
Daar kwam de volgende deeluitkomst ter sprake:

Daarop werd terecht uit de zaal op gereageerd met de observatie dat respect voor gezag en informele omgang elkaar niet in de weg hoeven te zitten. Wat door de spreker van het onderzoeksbureau toegegeven werd.

Het verslag van 21minuten concludeerde op basis van deze uitkomst:
“De Nederlander wenst een egalitaire samenleving: bescheiden, solidair en gezagsgetrouw”.

Later werd daar in een door Felix Rottenberg geleide paneldiscussie nog een een schepje bovenop gegooid en ja hoor het maaiveld kwam weer eens ter sprake.

Toen Sir Isaac Newton geprezen werd voor zijn schitterende bijdrage aan de wetenschap, was zijn bescheiden antwoord: “Ik stond op de schouders van reuzen”.
Mij dunkt dat je – als je op de schouders van reuzen staat – een flink end boven het maaiveld uit steekt.
Maar dat het antwoord van Newton aantoont, dat dit voor een werkelijk grote geest geen beletsel voor bescheidenheid hoeft te vormen.

Later in een groepsdiscussie kwam de eerst veronderstelde tegenstelling respect voor gezag versus informeel ook nog eens ter sprake. Daar werd naar aanleiding van een vermeende generatie tegenstelling beweert dat er in jeugdbendes intern juist enorm veel respect bestond.
Waaruit maar blijkt dat respect snel wordt verward met discipline, en gezag met autoritair gedrag.
Maar ja, dat kon ik mijn mede-activisten in de Provo tijd al niet uitleggen, dat er niets mis is met gezag, zolang dit op kundigheid berust.

We miscommuniceren verder, mensen.

Gemengd zwemmen

donderdag 2 juli, 2009

Toen ik het teletekst bericht gelezen had, moest ik denken aan een grapje dat ik enkele tientallen jaren gelden hoorde.
Een wethouder van een dorpje op de Veluwe werd door een journalist aangesproken op de bekrompenheid van zijn gemeente.
De wethouder weersprak dat. “Nou, dat valt best mee hoor, zo kan er bijvoorbeeld eens per maand gemengd gezwommen worden”.
“Zo,” zei de verslaggever licht verbaasd, “daar zullen de jongens en meisjes dan wel veel gebruik van maken!”
“Jongens en meisjes?” reageerde de wethouder onthutst, “Nee,het bad is dan open voor zowel Nederlands Hervormden als Gereformeerden”.

Gelijk de verslaggever, reageerde ik blij verrast toen ik de kopregel “Inburgeringsklas alleen nog gemengd” las.
Ik had namelijk zo mijn twijfels over die opvolger van Vogelaar. Maar het leek mij een uitstekend idee om autochtone en allochtone  Nederlanders die moeite met onze zeden en gewoonten hebben tezamen voor te houden hoe we de boel hier een beetje gezellig houden.
Maar het bleek anders te liggen.

teletekst

Van der Laan lijkt niet bekend te zijn met het emanciperende effect dat tijdens de tweede feministische golf door honderden vrouwenpraatgroepen bevestigd werd.
Hij laat het uitzoeken. Maar voorlopig moeten ze maar een voorsprong nemen op zijn gelijk.


%d bloggers liken dit: